
Door Liesbeth den Besten
Hartelijk gefeliciteerd, Esther, met dit geweldige jubileum, 5 jaar hedendaagsesieraden.nl, een gratis online sieraden encyclopedie. Ook buiten Nederland heeft men de weg naar de website gevonden, want online vertaalprogramma’s kunnen het leeuwendeel van de informatie eenvoudig ontsluiten. Ondertussen produceer je hedendaagsesieraden-mokken, stickers, kaarten en een serie postzegels met werk van kunstenaars zoals Réka Fekete, Paul Derrez, Ralph Bakker.
Door 1 vrouw bedacht, aangepakt, gemaakt en volgehouden. Uit liefde voor sieraden. Esther, jij bent van het type’ niet lullen maar poetsen’, gewoon doen, niet te veel zeuren, niet te veel wikken en wegen maar aan de slag. Terwijl je je ondertussen wel bewust bent van heikele zaken zoals beeldrecht waar je met grote zorgvuldigheid mee omgaat.
Wat een werk, en wat een schat aan kennis en informatie heb je bijeengebracht. Ik kan alleen maar zeggen: proficiat, dank dank dank, en ga zo door!
Rouwsieraden – een verborgen liefde
Liesbeth den Besten voor hedendaagsesieraden.nl
Dat ik iets met sieraden heb zal niemand zijn ontgaan maar dat ik in de loop der jaren ook een aardige collectie antieke rouwsieraden heb opgebouwd weten niet veel mensen. Op dit moment is een hele vitrine ingericht met 19de-eeuwse rouwsieraden en memento mori objecten uit mijn collectie in de tentoonstelling GOTH, Designing Darkness – in het Design Museum Den Bosch, te zien tot en met 18 april 2022 https://designmuseum.nl/tentoonstelling/goth-designing-darkness/ (afb.1). De sieraden, voornamelijk uit Engeland, zijn gemaakt van intrigerende materialen zoals menselijk haar, gutta-percha, bog oak, vulcanite, Whitby jet, Pinchbeck en meer. Als het maar zwart was, en de diepste zielenroerselen van de mens kon raken. Terwijl de zelfgenoegzame burgerij het rouwen tot kunst verhief, en kon griezelen bij de verhalen van Edgar Allan Poe en bewegende tafels tijdens occulte seances, zuchtte de samenleving onder de gevolgen van industrialisatie en armoede. Maar dankzij die industrialisatie konden fantasierijke schakelkettingen met medaillons ook een enorme rage worden, ze zijn er in vele soorten, maten en materialen – er zijn enkele voorbeelden te zien in Den Bosch. (afb. 2, 3 en 4)
Memento mori in een zwarte lijst
Raadselachtig is het memento mori object in een zwarte lijst. Onder het bolle glas zijn een foto van een jonge vrouw, een pistool en een micromozaïek kruishangertje uit Rome samengebracht (afb.5). Het verhaal achter dit object is onbekend maar het is wel een markante uiting van de 19de-eeuwse sentimentaliteit en hang naar het duistere.
In de GOTH-tentoonstelling is uit mijn collectie een dubbelzijdig medaillon te zien – althans de kant met het strak geweven haarwerkje en de versierde zwierige initialen (afb. 6). Dat is een beetje jammer want aan de andere kant staat een kenmerkende voorstelling van een wenende vrouw bij een monument met urn, waarop de tekst staat: NOT LOST BUT GONE BEFORE (afb. 6a). Het lettertype in kapitalen is klassiek en past bij het Neoclassicisme van die dagen. In de 19de eeuw, de periode van de Neogotiek, ging men steeds meer gebruik maken van een Gotisch lettertype in sieraden.
Sentimenten in sieraden
Teksten konden sentimenten uitdrukken, die in die tijd algemeen bekend en specifiek toepasbaar waren. Met de letterlijk in sieraden opgetekende gevoelens van rouw, en vertrouwen in een hereniging na de dood, zitten we middenin het sentiment van de 19de eeuw: TO ME HE WILL NEVER DIE; SORROWFULL REMEMBRANCE; SACRED WILL I KEEP THY DEAR REMAINS; PREPARE TO FOLLOW; WEEP NOT IT FALLS TO RISE AGAIN, en heel fraai: MAY SAINTS EMBRACE THEE WITH A LOVE LIKE MINE. 19de eeuwse haarsieraden met Franse teksten, ‘Toujours aimée’, ‘Tout ce qui m’est chère au monde’, ‘Je me meurs ma mère’ (van een smachtende geliefde aan de Godin van de liefde), zijn overigens liefdessieraden. ‘Sentimental jewellery’ noemt men dit soort sieraden waarin diep menselijke gevoelens van liefde, trouw, vriendschap, gemis, herinnering en hoop worden uitgedrukt.
Rouwen in de negentiende eeuw
In de 19de eeuw, toen de dood nog zeer nabij was, werd men geacht rouw actief te uiten. Nabestaanden, en soms naaste vrienden, lieten sieraden op bestelling maken om een geliefd persoon te blijven herinneren. In de Nederlandse streekdracht vinden we veel voorbeelden van rouwsieraden in verschillende stadia van de rouw, maar zonder de persoonlijke toets die Engelse rouwsieraden kenmerken (afb.7).
Na de dood (in 1861) van Prince Albert, de echtgenoot van Queen Victoria, werd rouwen een protocollaire zaak. Aan het hof mochten voortaan alleen zwarte sieraden worden gedragen. Ook in het dagelijks leven van de middenklasse en elite werd het rouwen aan strikte regels gebonden, afhankelijk van de relatie met de overledene. Weduwen trokken zich terug uit het openbare leven, gingen in het zwart gekleed en hielden zich aan precieze voorschriften voor het dragen van kleding en sieraden van ‘vol’ of ‘diep’, tot ‘tweede’ en ‘half-rouw’ en de ‘nog lichtere rouw’. Op de kleinste details werd gelet, zelfs spelden om onderdelen van de kleding vast te zetten moesten gitzwart zijn. Ze werden in grote hoeveelheden geproduceerd door fabrieken in en buiten Engeland (afb. 8, 8a). Na een half jaar rouw, in de tweede periode, mocht een weduwe een wit kraagje dragen en een medaillon met haarwerk. In Amerika zorgde de burgeroorlog van 1861-1865, die zo’n 700.000 levens kostte, voor een nieuwe impuls in de rouwsieradenindustrie en fotografie (afb. 9). Maar, anders dan vaak wordt beweerd, kwam de rouwjuwelenindustrie niet dankzij Queen Victoria op stoom. Rond het midden van de 19de eeuw had de bloei van die industrie namelijk al ingezet. De industrie was divers, van duurdere kleine werkplaatsen die op bestelling voor klanten werkten, en werkplaatsen die gebruik maakten van generieke voorbeelden, tot fabrieken waar met behulp van de nieuwste technologische innovaties grote hoeveelheden zwarte niet-edele sieraden geproduceerd werden, zoals de schakelkettingen (afb. 2, 3, 4). Het schijnt dat zelfs arbeiders zich een klein teken van rouw konden veroorloven.
Voordat de fotografie een vlucht nam
In de periode tot aan circa 1840, toen de fotografie nog niet was uitgevonden, was een haarlok vaak het enige aandenken aan een overledene. Het werd als een reliek gekoesterd. Haarwerk onder glas in sieraden bestond al eeuwen (ook als teken van vriendschap, trouw en liefde), maar in de 19de eeuw veranderde het in een essentieel onderdeel van rouwsieraden. Het haar kon op verschillende manieren worden geweven en gevlochten, van eenvoudige tot zeer ingenieuze en verfijnde patronen, in één kleur of verschillende haarkleuren (afb. 10). Voor ‘table-worked hair’ werd een speciaal tafeltje gebruikt met spoelgewichtjes die vanuit het centrum over de randen van het tafeltje hingen. ‘Palette-worked hair’ was een ander genre waarbij een ondergrond (palette) werd gebruikt. Zo ontstonden bijvoorbeeld de ‘Prince of Wales Feathers’ of ‘Curls’, die uit kunstige composities van gekrulde haarlokken bestonden met details van ragfijne draadjes goud en zaadpareltjes (afb. 11).
Sentimentele taferelen
Tot ongeveer 1900 waren sentimentele (en romantische) tafereeltjes op ivoor, been, of parelmoer erg populair. Miniaturisten tekenden de voorstellingen met sepia of inkt en gebruikten minuscuul kleine stukjes ‘chopped’ menselijk haar om de bosschages en treurwilgen extra reliëf te geven (afb.12). De miniaturisten maakten gebruik van een standaardrepertoire aan symboliek: obelisken, urnen, (gebroken) zuilen, en monumenten, treurwilgen, cipressen en een wenend figuur (meestal een vrouw). Details als cupido’s, gebroken harten, en hondjes zien we ook terug. Soms zijn er initialen aan een miniatuur toegevoegd – de initialen van de overledene, niet van de miniaturist (afb. 13). De miniaturist produceerde deze voorstellingen op ivoor en andere materialen voor een haast onverzadigbare markt. Hoe mooi deze sieraden vaak zijn, en hoe duidelijk met de hand gemaakt, het was toch een soort massaproductie.
Toen de fotografie aan haar opmars begon na 1840, verdween de miniaturist naar de achtergrond, waarmee een einde kwam aan een eeuwenoude traditie. De broches (soms ook te dragen als hanger) werden groter, de omlijstingen konden echte eyecatchers zijn, en er werden nieuwe snufjes toegepast. Dubbelzijdige medaillons in een brede geornamenteerde rand, die om hun as konden draaien (de zogenaamde ‘swivel’ brooches), combineerden daguerreotypieën, tintypes en andere fotografie aan de ene kant met haarwerk aan de andere kant (afb. 14, 14a). Zelfs post-mortem foto’s, vooral van kinderen, werden gebruikt voor rouwsieraden.
Haarwerk
Naast plat haarwerk onder glas, werd menselijk haar ook rond geweven: armbanden, horlogekettingen, oorsieraden in de vorm van eikeltjes, kruisen of lieren, kralenwerk – alles was mogelijk. Op de GOTH tentoonstelling is een geweven armbandje van mensenhaar te zien in de vorm van een slang met een gouden kop en staart (afb. 15).
In Engeland en Amerika adverteerden ‘hair artists’ in kranten en stadsgidsen. Ze hadden een constante clientèle (afb. 16). Haarwerk was tegen het midden van de 19de eeuw zo populair dat de producenten menselijk haar in grote hoeveelheden moesten gaan aanschaffen, bijvoorbeeld bij kloosters. Dit leidde overigens herhaaldelijk tot klachten van klanten omdat ze het haar van hun geliefde niet terug konden vinden in het uiteindelijk resultaat. In advertenties claimden haarwerkers dat zij de enige waren die dit niet deden, waaruit we kunnen afleiden dat dit bedrog waarschijnlijk algemeen gebruik was. Hoewel het haarwerk aanvankelijk door goudsmeden in sieraden gezet werd, gingen de haarwerkers steeds vaker zelf sieraden maken.
Vrijetijdsbesteding
Rond 1850 werd haarwerk een populaire vrijetijdsbesteding van vrouwen, met boeken en tijdschriften die instructies en voorbeelden gaven. De trend zou decennialang blijven bestaan. Soms werd huisgemaakt haarwerk toegepast in een rouwsieraad maar ook ontstonden grotere composities die werden ingelijst om aan de muur te hangen. Er was met andere woorden sprake van een industrie, met massaproductie, handelscatalogi, en verschillende specialisaties, inclusief trends en volgers van de mode.
Te speciaal om weg te gooien
Van geen van de historische rouwsieraden in mijn collectie ken ik de achtergrond – soms een naam, of een enkel jaartal. Na de dood van iemand raken sieraden verspreid over de familie, ze eindigen bij verre achternichten en andere nazaten en uiteindelijk komen ze op de markt omdat ze te speciaal zijn om weg te gooien. Het is duidelijk dat al die kinderen, heren, dames en echtparen op de foto’s in de sieraden ooit geliefd waren en gemist werden. Ik ken hun namen niet, maar het echtpaar met de flaporen (man), roesjes, krullen, linten en het rouwsieraad (vrouw) (afb. 17 en 17a, te zien in Den Bosch), de gentleman in ‘Hunting Pink’, een scharlakenrood kostuum voor de vossenjacht (ingekleurd op de foto, afb. 18), het schattige meisje in haar feestjurk met ingekleurde roze wangetjes die niet ouder dan een jaar of 6 mocht worden (afb. 19), de heer met zijn in goudverf aangezette horlogeketting, de vrouw in haar opvallende geruite omslagdoek met in goudverf aangebrachte sieraden gevat in een slangenlijstje (afb. 20) – ze zijn me allemaal even lief.
Op 30 januari 2022 geeft Liesbeth den Besten ’s middags een lezing over dit onderwerp in Design Museum Den Bosch.
Bibliografie
Doornbusch, E. (5 november 2021) Overzicht gastcolumns eerste jubileum 2021. hedendaagsesieraden.nl.
Links
• Wikidata
Donaties
Deze website heeft geen commercieel doel en is op persoonlijk initiatief, onafhankelijk en geheel op vrijwillige basis met minimale middelen tot stand gekomen. Wilt u dat steunen met een gift? Dat kan! U kunt uw bijdrage overmaken naar: NL27 TRIO 0781 5140 02 ten name van E. Doornbusch te Amsterdam onder vermelding van hedendaagse sieraden, ook kunt u doneren via paypal.me/hedendaagsesieraden. Giften zullen worden aangewend voor onderhoud en verbetering van de website.
Duurzaam verwijzen naar deze pagina? Gebruik dan deze link: https://hedendaagsesieraden.nl/2021/11/27/rouwsieraden-een-verborgen-liefde/